De
tuin floreert onder al die voorjaarszon. Nu de narcissen stilaan hun
kopjes laten hangen, steken andere bloesems de kop op. De appelbomen
schieten in blad en bloem, de kweepeer staat stilaan helemaal in
bloei en de wisteria strekt loom al haar tentakels uit, in alle
windrichtingen. Zij is voor mij de koningin van de tuin, kan in alle
richtingen bloeien en groeien en verslaat alles en iedereen die haar
tegenwerkt. We eten al dagen buiten en door de veelvuldige
bestellingen bij het tuincentrum, staan hier steeds meer kruiden, die
we dagelijks gebruiken. De moestuinbak op het terras is gemetseld in
grijze snelbouwsteen: mooi, eenvoudig en praktisch. In het begin
groeiden er tal van kruiden, nu enkel nog munt, daslook, salie en dan
een paar bessenstruiken. Mijn theeplantage: in de zomermaanden
oogsten we er wekenlang munt uit voor eindeloze potten thee. Munt,
gember en limoen is een favoriet, die we zelfs koud drinken.
Vandaag
groeit er nog meer in de tuin. Het is ovaal, bruin, zwart of wit en
zit tussen takken van de bomen, tussen de vroege scheuten van de munt
en ook in de bloembakken verscholen. Ze zijn met velen en sieren
straks als buit de ontbijttafel, die op zijn paasbest is gedekt, met
het servies van mémé zaliger. Wat een weelde, denk ik, als ik alles
op de tafel zet. Fruitsap, verse broodjes, zoute boter, koffie - veel
daarvan en chocolade. We zijn bevoorrecht en we hebben alles. Was
gisteren een stille dag van gemis, dan beiert vandaag des te harder
van contentement. We zijn hier allemaal nog gezond en gelukkig en dat
is het enige wat telt.
Suster
Bertken bezong haar tuin: 'Ic was in mijn hoofkijn om cruyt
gegaen.' Elke keer als ik met mijn schaar richting
kruidenbak loop, prevel ik die zin bijna hardop. Het is een oud
middeleeuws lyedeken, een liedje, dat vooral religieus getint is en
moraliserend verhaalt dat men maar beter het onkruid in de tuin
bestrijdt, want anders zal er niet veel goeds in groeien. Als ik denk
aan de winde die hier als we niet opletten de hele tuin dreigt over
te nemen, maak ik meteen goede voornemens. Een levenswandel die zoekt
naar het goede, hoeft niet onder een religieus gesternte te bestaan.
't Is goed in 't eigen hert te kijken,' hoor ik Alice Nahon
zachtjes neuriën. Op deze paasdag hoort dat er helemaal bij. We
moeten die goede voornemens niet alleen maar op de eerste dag van het
jaar maken.
Er
spruit van alles in mijn tuin en in mijn hoofd. De rust zorgt voor
nieuwe ideeën die uitgewerkt moeten worden. Het samenzijn smeedt
hier goddank nieuwe banden. We noemen ons De Vier Musketiers en
kunnen de wereld met gemak aan. Nog even ten strijde trekken en we mogen een volgende overwinning aan ons palmares toevoegen. We
klinken op ons, op het leven, op de paashaas, maar ook op alle helden
van de dag: de mensen die dagelijks gevaar trotseren.
Sterren
fonkelen niet allemaal in de lucht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten