donderdag 7 mei 2020

Shine


Vanochtend was de kat er niet. Onmiddellijk sloeg de schrik me om het hart. Want de vorige keer dat dat gebeurde, met onze Lizzie, lag het arme beest dood op straat. Dus elke keer als Darcy een paar tellen te laat opdaagt voor zijn ochtendmaal van verse korrels en melk, ben ik ongerust. Katten, het is toch iets. We hebben er al een heel hoop de revue zien passeren. Nu het iets trager gaat op straat, zullen ze het misschien wel wat langer overleven. Onze straat is nogal druk bereden, het is geen steenweg, maar wel een verbindingsweg en dat levert veel te veel verkeer op.



Het was hoofdpijn en veel werk en een hoop andere dingen, die me tegenhielden om te schrijven. Niet dat ik niets te vertellen heb. Maar hoofdpijn zakt weg en het werk wordt gaandeweg aangepakt. Het zijn vreemde dagen. Ik droom van de meest vreemde dingen tegenwoordig. Van stadsschilders en wekkers niet niet afgaan, van een nieuwe wasmachine die niet meer opengaat, van lesgeven met een mondmasker op, van hekkens en stormrammen voor de deuren van winkels maandag.



Hoofdpijn of niet, ik zet de cd met Rachmaninov op. Het derde pianoconcerto vult mijn kamer en ik glimlach. Vijfentwintig jaar geleden zat ik op een zolderkamertje in Leuven aan mijn thesis te schrijven met net dezelfde muziek uit een gammel klein cd-spelertje. Ik hou van repetitie. Het bandje speelde ik steeds opnieuw af. Een cassettebandje nog, want een cd-speler had ik niet. Het derde pianoconcerto leerde ik kennen door met vriendinnen in de Leuvense cinema in de straat naar de film Shine te gaan kijken. We waren eigenlijk aan het wachten om naar een bal te gaan, maar dat begon pas tegen elf uur en we moesten ons tot zo lang zien bezig te houden. De film kroop helemaal onder mijn vel. Hij vertelt het levensverhaal van David Helfgott, een jonge pianist die lijdt onder de oorlogstrauma’s van zijn vader. Hij bezwijkt bijna aan een traumavolle jeugd, maar de muziek redt hem. Hij vindt op het einde toch nog het geluk. Ik had nadien geen zin meer in dat bal.



De hoofdpijn keert met regelmaat terug. Ik zit te lang achter mijn bureau, staar te gespannen naar het scherm. Maar dat is te voorkomen door af en toe eens mijn hoofd naar links en naar rechts te draaien. Af en toe ontspan ik, door wat Italiaans te oefenen met een computerprogramma. Of ik wandel door de tuin, waar nog steeds geen sprietje verkeerd groeit.



Schoolnieuws is er ook: de leerlingen van het zesde zien het zitten om een jaarboek te maken. Dat waren we van plan, voor corona roet in het eten strooide. Al de rest is weggevallen, maar dit kunnen we nog redden. Ik stuur mailtjes uit en krijg enthousiaste mails terug en ik glimlach. De klas van 2020 gaat niet zomaar in stilte afstuderen. En dat feestje achteraf voor alle geslaagden, dat komt er zeker nog.

Wij mensen gaan echt niet zomaar ten onder.

 De bronafbeelding bekijken

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De draaglijke donkerte van ons bestaan

Onze rek wordt op de proef gesteld, ik voel het aan veel dingen. De tweede lockdown is nog lang niet teneinde en wat daarna komt, is v...